Wereldwijven van New York
Nog niet zo lang geleden zag het leven in New York er heel anders uit dan nu. De pandemie heeft voor veel verandering gezorgd, positief en negatief. Een van de mooie ontwikkelingen die voor Covid-tijd de stad kenmerkte, was de opkomst van Vegan restaurantjes. We moeten helaas nog zien of die allemaal weer open gaan maar zo niet zal de trend zich zeker voortzetten. Want een ding is zeker, deze tijd heeft velen wel doen beseffen dat het ‘anders’ moet wat betreft onze eet- en reisgewoonten. Dus, even een terugblik. Hoe was het ook alweer in de zomer van 2019 in New York?
Vegans zijn ook maar mensen
Een vriendin uit Nederland is op bezoek in de stad waar ik woon; New York City. We hebben elkaar al weken niet gezien en we hebben dus heel wat bij te praten. En ze is vegan gaan eten. Net als ik!
Ik woon in Brooklyn, maar we zijn deze middag op Manhattan en lopen richting Bryant Park om in de schaduw uit te puffen. Even uit de felle zon en even weg van de drukte van Times Square. Het is juli en de thermometer tikt dertig graden aan. Schaarsgeklede tieners maken selfies, zakenmannen in pak zigzaggen gehaast tussen de meute door naar de volgende meeting, een fotomodel probeert cool in de lens te kijken terwijl haar fotograaf zich zwetend in bochten wringt, politie-sirenes loeien en bij het stoplicht roeptoetert iemand door een megafoon ‘Jesus saves!’ terwijl een hele meute door rood loopt.
Plastic, niet 'so fantastic'
Als een paar duiven op leeftijd strijken we uitgeput neer op stoeltjes in Bryant Park. Hèhè, pfff, even rust. Wat een heerlijke plek is dit toch! Hier tussen de skyscrapers, op dit kleine lapje groen, lijkt de stad in slowmotion modus te staan. Ik roer met het rietje de amandelmelk door de koffie van mijn iced latte. De ijsblokjes tinkelen vrolijk. Oei, bedenk ik mij, alweer vergeten om mijn roestvrijstalen rietje van huis mee te nemen. In een poging om het gebruik van single used plastic te verminderen. Daar zitten we dan. Twee wereldwijven in hartje New York City. We houden beiden van reizen en yoga, werken beiden in de media en zijn geïnteresseerd in duurzaam, spiritueel en gezond leven. En we hebben sinds kort een nieuwe gezamenlijke interesse: vegan eten.
Vegan Challenge
Een jaar geleden deed ik mee aan de Vegan Challenge; één maand lang geen dierlijke producten eten. Waarbij je online ondersteund wordt met fijne recepten, boodschappenlijstjes en achtergrondinformatie. Het was een maand van vlees noch vis, geen melk, yoghurt, kaas, eieren en ook geen honing. Geen kaas leek mij de grootste uitdaging. Geen vlees was geen probleem. Vegetariër was ik al 22 jaar. Nu ging ik voor honderd procent plantaardig. Vind ik een mooi woord trouwens; ‘plantaardig’. Het klinkt positief en vriendelijk. Het woord ’veganistisch’ levert bij mij daarentegen meer een associatie op van last hebben van een irritante kriebel. Op je rug. Waar je net niet bij kan.
Mythe: Vegan eten is moeilijk...
Ik was nieuwsgierig geworden toen ik de documentaire What the Health op Netflix zag. Deze documentaire gaat over hoe het eten van dierlijke producten je gezondheid negatief beïnvloedt. Zou ik mij fitter voelen door vegan te eten? (lees: geen zes plakken kaas meer per dag) Mooiere huid? Meer energie? En een paar kilo’s afvallen leek mij ook een aardige bijkomstigheid. Lang verhaal kort. De challenge bleek totaal geen uitdaging. Zeker niet in een stad als New York, een foodie heaven, waar het aanbod aan vegan restaurantjes en producten in de supermarkt met de dag groeit. Het beviel zo goed dat ik ook na de challenge-die-geen-challenge was plantaardig bleef eten. Ik heb er intussen een sport van gemaakt om alle vegan restaurantjes van New York uit te willen proberen. En alhoewel ik er al veel heb mogen ‘testen’, wordt de lijst eerder langer dan korter.
“Niemand die je van te voren vertelt dat je als vegan vaker voor een grote boodschap moet.”
Mijn vriendin is een maand geleden haar vegan avontuur begonnen. Niemand die je van te voren vertelt dat je als vegan vaker voor een grote boodschap moet. Ja, je leest het goed. Er zitten geen vezels in vlees, wel in planten. Meer planten eten is meer… nou ja, you get the message. En ik kon de eerste weken eten dat ik een ons woog. Ik had continue honger! Je moet meer eten om je vol te voelen, maar je zult eerder afvallen dan aankomen.
Een beter milieu begint bij jezelf
'Wat is jouw motivatie?', vraag ik, 'beter voor het milieu, je gezondheid, dierenleed of een combinatie misschien?' Onlangs kopte een onderzoek van de University of Oxford dat vegan eten het beste is wat je voor het milieu kunt doen. Voor een milliseconde voelen we ons even heel goed over onszelf. We vergapen ons aan een gespierde mannelijke yogi die zich, pal voor onze neus, schijnbaar moeiteloos achterover in een brug buigt. Maar dan verzucht mijn vriendin: 'Maar ik vlieg veel.' Ze heeft het uitgezocht. 'Om een retourtje van Amsterdam naar NYC qua CO2 te compenseren, moet je één jaar lang vegan eten.'
Vegetariër in een Hummer of vleeseter op de fiets?
Terwijl ik in de subway terug naar Brooklyn zit, merk ik dat dit onderwerp nog bij mij na resoneert. Ik vlieg veel. Ik stap om de paar weken in het vliegtuig. Ik realiseer mij wat een enorme luxe dit is. Maar helaas is dit wel een milieuvervuilende ‘hobby’. Vegan eten, geen eigen auto, geen plastic tasjes en rietjes aannemen… het lijken druppels op een gloeiende plaat. Pfff, wat ontnuchterend. Mijn initiatieven om het goed te willen doen voelen ineens nutteloos. Thuis aangekomen Google ik op ‘vegan impact on environment’. Volgens het eerdergenoemde onderzoek van de University of Oxford kun je door vegan te eten je ecologische voetafdruk met driekwart verminderen. Kijk, dat zet zoden aan de dijk. Maar wat als de rest van je gedrag niet bepaald milieuvriendelijk is? Dit doet mij denken aan die uitspraak van programmamaker Jelle Brandt Corstius: ’Beter een vegetariër in een Hummer, dan een vleeseter op de fiets’. Maar gaat die vlieger wel op, uhm… letterlijk, als je regelmatig in die vlieger stapt?
“A vegan diet is probably the single biggest way to reduce your impact on planet Earth, not just greenhouse gases, but global acidification, eutrophication, land use and water use,” zegt Joseph Poore, onderzoeksleider van de University of Oxford. “It is far bigger than cutting down on your flights or buying an electric car as these only cut greenhouse gas emissions.”
Vegans zijn ook maar mensen
Helaas, door vegan te eten, verander je niet ineens in een soort heilige. Feit is dat de CO2 uitstoot van mijn vliegreizen maar deels valt te compenseren door plantaardig te eten. En ja, knipoog, ik draag ook nog de leren schoenen die ik al had. Het beste is natuurlijk om helemaal niet meer te vliegen. Maar ik maak wel een positieve impact op andere peilers voor een beter milieu. Vegan eten reduceert niet alleen CO2, maar helpt ook tegen verzuring, wereldwijde voedseltekorten en het gebruik van land en water.
That reminds me, nu toch echt dat roestvrijstalen rietje in mijn tas stoppen…
Door Marijke Hoebee
deWereldwijven.com
Voorwoord door Ingeborg van t’ Pad Bosch
Dit artikel werd eerder gepubliceerd op www.DeWereldwijven.com.